Voor elke fijnproever staat de lente gelijk aan het witte goud: asperges! Dankzij hun karakteristieke en volle smaak, hoef je geen gekke recepten te bedenken om deze groente te laten schitteren. In deze frisse salade zorgen garnaaltjes en een sinaasdressing voor heerlijk verrassende accenten die zorgen voor dat zalig frisse lente-gevoel. Top als voorgerecht of lichte maaltijd (eventueel met wat knapperig brood).
Pers de appelsienen uit. Breng het sap aan de kook in een steelpannetje. Laat op hoog vuur inkoken tot er nog een kwart over is. Laat daarna afkoelen.
Schil ondertussen de asperges zorgvuldig en snijd de harde onderkanten af. Deze kan je samen met de schellen eventueel bewaren om soep van te koken.
Breng de asperges aan de kook in een ruime hoeveelheid water met een snuifje zout. Laat eenmaal aan de kook nog één minuutje doorkoken en haal dan van het vuur. Laat afgedekt nog enkele minuten rusten.
Spoel de rucola en babyspinazie met water. Laat goed uitlekken en meng door elkaar. Voeg eventueel enkele druppels olijfolie toe.
Klop het ingekookte appelsiensap op met de rijstolie. Breng op smaak met peper en zout.
Roer één eetlepel van de dressing door de grijze garnalen. Versnijd de asperges in hapklare stukken.
Vul elk bord met een flink handvol spinazie en rucola. Schik er enkele stukken asperge op en bestrooi met garnalen. Lepel er tot slot nog wat dressing over. Smakelijk!