Wanneer inspiratie ontbreekt, worden de meest klassieke gerechten vaak vergeten. Terwijl deze net uitblinken in eenvoud en smakelijkheid. Net zoals dit recept: kippenchipolata met bloemkool in witte saus en gekookte patatjes. Meer hoeft dat niet te zijn!
Schil de aardappelen en breng ze aan de kook in een ruime hoeveelheid gezouten water. Zorg ervoor dat alle stukken ongeveer even groot zijn.
Trek de groene bladeren van de bloemkool en snijd ik keurige roosjes. Probeer ook hier alles in even grote stukken te snijden. Breng aan de kook in voldoende, lichtgezouten, water.
Zowel de aardappelen als de bloemkool moeten, afhankelijk van de grootte en de hoeveelheid, zo’n 10 à 15 minuten koken. Let er vooral op dat de bloemkool niet te ver gaart. Bloemkool die overgaar is, smaakt onaangenaam sterk – terwijl een beetje knapperigheid heel wat smakelijker en frisser proeft.
Terwijl aardappelen en bloemkool garen, kan je het vlees beginnen bakken. Smelt een klontje boter in een ruime pan en bak de worsten op een middelmatig vuur. Draai ze regelmatig om en zorg dat alle vlees voldoende gaar is, rauw kippenvlees kan gevaarlijk zijn. Kruid eventueel bij met een snuifje peper en/of zout.
Tot slot bereid je de witte saus. Maak een roux door 50 gram boter te smelten en er, af het vuur, 50 gram gezeefde bloem door te kloppen. Zet de roux even terug op het vuur zodat deze kan drogen. Voeg, op een zacht vuur, stelselmatig de melk toe. Blijf goed roeren en laat inkoken. Werk af met peper, zout en nootmuskaat. Roer er, eenmaal de saus naar wens is, de uitgelekte bloemkoolroosjes met zorg onder.
Serveer om het feest compleet te maken met een fris, niet al te zwaar, blond bier. Chimay Goud (4,8%), het lichte maar opvallend smaakvolle bier dat de Trappisten voornamelijk voor zichzelf brouwen, is een prima voorbeeld. Smakelijk!